Geen subsidie of toeslagrechten bij onjuiste of te late aanvraag
Op Europees niveau bestaan er diverse verordeningen die voorzien in regelingen inzake rechtstreekse steunverlening aan landbouwers in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid. Deze verordeningen zijn nader uitgewerkt in nationaal beleid. De landbouwer is zelf verantwoordelijk voor het tijdig en op juiste wijze indienen van een steunaanvraag. Dit heeft de Afdeling nog eens op heldere wijze uiteengezet in haar uitspraak van 17 december 2014 (201401137).
Situatie
Een landbouwer had op 23 december 2010 een aanvraag ingediend op grond van de Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer Zeeland (hierna: SNL). Bij besluit van 19 maart 2012 heeft het college van gedeputeerde staten van de provincie Zeeland (hierna: GS) aan de landbouwer subsidie verleend voor niet-collectief agrarisch natuurbeheer en voor landschapsbeheer in de periode van 1 januari 2011 tot en met 31 december 2016. In het besluit is vermeld dat de landbouwer jaarlijks zelf via de gecombineerde opgave om uitbetaling van de subsidie moet vragen in de aanvraagperiode van de gecombineerde opgave.
Op 10 mei 2011 heeft de landbouwer de gecombineerde opgave 2011 elektronisch ingediend. Daarin heeft hij bij de vraag of hij uitbetaling wenst van de subsidie onderdeel agrarisch natuur- en landschapsbeheer het vakje “nee” aangekruist. In een brief van 23 december 2011 heeft de landbouwer aangegeven dat hij per ongeluk het vakje “nee” heeft aangekruist.
Nu de landbouwer het vakje “nee” heeft aangekruist, heeft GS aan de landbouwer medegedeeld dat dat over het beheerjaar 2011 subsidie die aan hem op grond van de SNL is verleend, niet wordt uitbetaald. Tegen dit besluit heeft de landbouwer beroep ingediend bij de rechtbank. Nadat de rechtbank het beroep van de landbouwer gegrond heeft verklaard, heeft GS tegen de uitspraak van de rechtbank hoger beroep ingediend bij de Raad van State.
Wetgeving
Op grond van de betrokken Europese verordeningen mag een landbouwer die steun aanvraagt in het kader van een oppervlaktegebonden steunregeling slechts één verzamelaanvraag per jaar indienen. De verzamelaanvraag moet uiterlijk worden ingediend op een door de lidstaten vast te stellen datum, die niet later is van 15 mei. Wanneer een aanvraag te laat wordt ingediend, wordt, behoudens overmacht en uitzonderlijke omstandigheden, een verlaging met 1% per werkdag toegepast op bedragen waarop de landbouwer recht zou hebben gehad als de aanvraag tijdig was ingediend. Als de aanvraag meer dan 25 kalenderdagen te laat wordt ingediend, dan wordt deze afgewezen.
Op grond van de SNL dient een ontvanger van een subsidie agrarisch natuurbeheer uiterlijk op de peildatum van ieder beheerjaar bij GS een aanvraag tot betaling van de jaarvergoeding voor dat beheerjaar in te dienen.
Uitspraak
Aan de orde was de vraag of GS op juiste gronden heeft kunnen beslissen om niet tot uitbetaling van de subsidie over te gaan, omdat de landbouwer – per ongeluk – het vakje “nee” heeft aangekruist bij de vraag of hij uitbetaling van de subsidie wenst.
De Afdeling heeft in de eerste plaats gewezen op vaste jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie, waaruit volgt dat het vertrouwensbeginsel niet kan worden aangevoerd tegen een duidelijke bepaling van Europees recht. Een met het Europees recht strijdige gedraging van een met de toepassing ervan belaste nationale autoriteit kan geen gewettigd vertrouwen op een met het Europees recht strijdige behandeling wekken.
Vervolgens heeft de Afdeling, onder verwijzing naar de relevante wetgeving (zoals hiervoor uiteengezet) overwogen dat hieruit volgt dat wanneer een landbouwer niet voor 10 juni heeft verzocht om uitbetaling van subsidie, het college geen subsidie mag uitbetalen. De brief van de landbouwer van 23 december 2011 doet daar niets aan af. Voor zover deze brief een betalingsverzoek inhoudt, is deze te laat ingediend.
Dat bij het indienen van de gecombineerde opgave een kennelijk fout is gemaakt, maakt het voorgaande niet anders. Een “kennelijke fout”, zoals bedoeld in artikel 3, vierde lid, Vo. 65/2011/EU, kan namelijk pas aan de orde zijn als er een betaalverzoek is ingediend. Doordat de landbouwer in zijn gecombineerde opgave het vakje “nee” heeft aangekruist, heeft hij geen betaalverzoek ingediend en kan geen sprake zijn van een kennelijke fout. Niet van belang is dat de subsidie daarvoor nog niet was verleend. Deze was immers wel aangevraagd en het betaalverzoek voor het beheerjaar 2011 moest volgens de subsidiesystematiek al bij de gecombineerde opgave 2011 worden gedaan.
Vergelijkbare uitspraak CBB
Een soortgelijke situatie was bijvoorbeeld aan de orde in een uitspraak van het CBB van 18 november 2008 (ECLI:NL:CBB:2009:BK5870). In deze zaak ging het om een verzoek van een landbouwer om uitbetaling van zijn bedrijfstoeslag op grond van de Regeling GLB-inkomenssteun 2006. Voor de uitbetaling van de bedrijfstoeslag moest een verzamelaanvraag worden ingediend in de periode van 1 april tot en met 15 mei. Deze aanvraag kon worden gedaan met de gecombineerde opgave. In het formulier voor de gecombineerde opgave stond onder meer de vraag vermeld of een landbouwer zijn toeslagrechten wilde laten uitbetalen. Bij deze vraag stond expliciet vermeld dat wanneer de vraag niet wordt beantwoord, ervan wordt uitgegaan dat het antwoord op de vraag “nee” is.
De landbouwer, waar het in de uitspraak van het CBB van 18 november 2008 over gaat, heeft in zijn gecombineerde opgave 2007 noch het vakje “ja” noch het vakje “nee” aangekruist. In april 2008 heeft de landbouwer meegedeeld dat hij alsnog een aanvraag tot uitbetaling van de bedrijfstoeslag doet.
Naar het oordeel van het CBB heeft Dienst Regelingen gelet op deze feiten en omstandigheden op juiste gronden de aanvraag bedrijfstoeslag 2007 afgewezen. Met de gecombineerde opgave 2007 is namelijk geen verzamelaanvraag en dus geen steunaanvraag gedaan. Van een “kennelijke fout”, zoals bedoeld in artikel 19 Vo. 796/2004/EG, kan dan ook geen sprake zijn. het is de verantwoordelijkheid van de aanvrager om duidelijk te maken dat hij een uitbetaling wenst. Nu de landbouwer dat niet heeft gedaan, bestaat er geen recht op uitbetaling van de toeslagrechten.
Slot
Tot slot zij opgemerkt dat de Europese verordeningen met betrekking tot steunverlening aan landbouwer inmiddels ingrijpend zijn gewijzigd. Er wordt nu ook niet langer van toeslagrechten gesproken maar van betalingsrechten.
mw. mr. Franca Damen