Nieuwe geuremissiefactoren niet relevant voor verleende vergunningen
Op 20 juli 2018 zijn de geuremissiefactoren voor gecombineerde luchtwassers in de Regeling geurhinder en veehouderij aangepast. Deze aangepaste factoren hebben geen invloed op omgevingsvergunningen die al zijn verleend voor een veehouderij. Dit oordeelde de Raad van State in een uitspraak van 25 juli 2018 (ECLI:NL:RVS:2018:2395).
Achtergrond
In maart 2018 verscheen het onderzoeksrapport ´Evaluatie geurverwijdering door luchtwassystemen bij stallen´ van WUR. In dit rapport concludeert WUR dat gecombineerde luchtwassers een geurreductiepercentage hebben dat vergelijkbaar is met het geurreductiepercentage van enkelvoudige luchtwassers. Naar aanleiding daarvan heeft de Staatsecretaris van Infrastructuur en Waterstaat voorgesteld om de emissiefactoren van gecombineerde luchtwassers in de Regeling geurhinder en veehouderij (Rgv) aan te passen door deze te verhogen (zie mijn blog ´Voorstel verhoging geuremissiefactoren Rgv´).
Ondanks de reacties die op dit voorstel zijn ingediend, zijn de geuremissiefactoren voor gecombineerde luchtwassers verhoogd. De aanpassing van de Rgv hiervoor is op 20 juli 2018 in werking getreden (Staatscourant 2018, 39679).
Oordeel van de rechter
De nieuwe geuremissiefactoren hebben geen invloed op omgevingsvergunningen die al zijn verleend. Dat geldt ook als tegen deze vergunningen een juridische procedure is gestart. Dat heeft de Raad van State geoordeeld in de uitspraak van 25 juli 2018: een eventuele toekomstige wijziging van de Rgv kan geen invloed hebben op het oordeel over de rechtmatigheid van het besluit tot vergunningverlening. Dat besluit moet worden beoordeeld aan de hand van de regelgeving zoals die gold op het tijdstip van het nemen van dat besluit.
mw. mr. Franca Damen