Omzetgerelateerde boete mogelijk bij overtreding Warenwet

Op 19 juli 2016 is een wijziging van het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten in werking getreden (Staatsblad 2016, 284). Hierin is een omzetgerelateerde boete geïntroduceerd voor overtredingen van de Warenwet die opzettelijk of met grove schuld zijn begaan. Een aantal kritische kanttekeningen van de Afdeling Advisering van de Raad van State is terzijde geschoven.

Voorwaarden voor omzetgerelateerde boete

Omzetgerelateerde boetes kunnen worden opgelegd voor overtredingen van warenwettelijke voorschriften waar de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport verantwoordelijk voor is. Het gaat daarbij onder andere om overtredingen op het terrein van de (voedsel- en product)veiligheid, goede voorlichting omtrent waren en eerlijkheid in de handel.

Voor het kunnen opleggen van een omzetgerelateerde boete gelden een aantal voorwaarden:

  • de boete mag alleen worden opgelegd als sprake is van een gerealiseerde jaaromzet van ten minste € 10 miljoen;
  • de boete mag alleen worden opgelegd als sprake is van opzet of grove schuld;
  • de boete bedraagt in geval van opzet 1% van de jaaromzet in het boekjaar voorafgaand aan de overtreding met een maximum van € 820.000, en 0,5% van die jaaromzet in geval van grove schuld.

Een omzetgerelateerde boete kan aan zowel natuurlijke personen als rechtspersonen worden opgelegd.

Opzet of grove schuld

Van opzet is in ieder geval sprake als de NVWA een overtreding constateert en daarvoor een schriftelijke waarschuwing geeft of een bestuurlijke boete oplegt en het bedrijf de overtreding blijft begaan. Van grove schuld kan sprake zijn als een bedrijf gebrekkige voorzorgsmaatregelen treft.

Als het overtreden voorschrift ook de gevolgen noemt van de gedraging is het niet noodzakelijk dat de opzet of de grove schuld ook daarop gericht was. Als het overtreden voorschrift stelt dat de overtreder wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat bepaalde gevolgen konden intreden, dan is dat de invulling van opzet of grove schuld.

Uitgebracht advies

De Afdeling Advisering van de Raad van State heeft naar aanleiding van het ontwerp van de wijziging een advies uitgebracht. In dit advies is een aantal kritische kanttekeningen opgenomen.

Een van deze kanttekeningen sluit aan bij het ongevraagd advies dat de Afdeling Advisering in juli 2015 heeft uitgebracht over bestuurlijke boetes. De Afdeling Advisering heeft in dat advies overwogen dat tegenwoordig forse bestuurlijke boetes kunnen worden opgelegd bij bepaalde overtredingen, zonder dat daarbij voldoende aandacht is besteed aan de verhouding tussen deze boetes en het strafrecht. Dit terwijl er grote verschillen zijn tussen het bestuursrecht en het strafrecht op het terrein van de rechtsbescherming en de rechtsgevolgen.

De Afdeling Advisering heeft daarom geadviseerd om hieraan aandacht te besteden in de wijziging van het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten, omdat deze wijziging voorziet in een zeer forse verhoging van de maximumboete voor overtredingen van voorschriften van de Warenwet (een verhoging van € 4.500 naar € 820.000). De bestuurlijke boetes die op grond van de Warenwet kunnen worden opgelegd zijn daardoor zelfs hoger dan de strafrechtelijke boetes die op grond van de Wet economische delicten kunnen worden opgelegd voor dezelfde overtredingen van de Warenwet.

De Minister schuift deze kanttekening terzijde en wijst op een kabinetsreactie die wordt voorbereid naar aanleiding van het ongevraagd advies van de Afdeling Advisering. Wanneer die reactie aanleiding geeft  om de nu gemaakte keuzes te wijzigen, dan zal dat dan zorgvuldig worden overwogen.

Ook schuift de Minister de kanttekening van de Afdeling Advisering terzijde dat er geen overtuigende reden is voor het kunnen opleggen van een hogere boete via het bestuursrecht dan via het strafrecht. De Minister verwijst naar het amendement dat daarvoor is aangenomen.

Geen overgangsrecht

In de wijziging van het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten is geen overgangsrecht opgenomen. Voor overtredingen die zijn begaan voordat de wijziging in werking is getreden, geldt dat geen omzetgerelateerde boete mag worden opgelegd.

mw. mr. Franca Damen

1 4 5 6