Geen maatwerkvoorschriften voor woningen op gezoneerd industrieterrein

Het is niet mogelijk om voor de geluidbelasting op woningen die zijn gelegen op een gezoneerd industrieterrein maatwerkvoorschriften vast te stellen. Dit oordeelde de Raad van State in een uitspraak van 10 augustus 2016 (201509288).

De Raad van State heeft aan dit oordeel ten grondslag gelegd dat de wetgever er uitdrukkelijk en consequent voor heeft gekozen om te bepalen dat voor woningen op een gezoneerd industrieterrein geen geluidgrenswaarden gelden. Deze industrieterreinen zijn bedoeld voor het vestigen van grote lawaaimakers. Met het oog daarop is in de Wet geluidhinder een specifieke wettelijke regeling opgenomen voor bescherming van uitsluitend woningen die buiten het industrieterrein zijn gelegen.

Met het oog op de bijzondere aard van gezoneerde industrieterreinen heeft de wetgever het in het belang van de bescherming van het milieu niet nodig geacht om woningen op het gezoneerd industrieterrein een specifieke bescherming tegen geluid te geven. Dit volgt zowel uit de Wet geluidhinder als uit het Activiteitenbesluit. In het Activiteitenbesluit is namelijk steeds bepaald dat de geluidgrenswaarden niet gelden op woningen op een gezoneerd industrieterrein.

Gelet hierop kunnen aan bedrijven geen maatwerkvoorschriften worden opgelegd om de geluidbelasting op die woningen te beperken. Daarbij heeft de Raad van State ook acht geslagen op de toelichting bij de maatwerkbevoegdheid in het Activiteitenbesluit. Daaruit volgt dat deze bevoegdheid is bedoeld om situaties te regelen die de wetgever niet heeft geregeld. Aangezien de wetgever er juist uitdrukkelijk en consequent voor heeft gekozen om geen geluidgrenswaarden vast te stellen voor woningen op een gezoneerd industrieterrein, moet de maatwerkbevoegdheid naar het oordeel van de Raad van State zo worden uitgelegd dat het op grond daarvan niet mogelijk is om in weerwil van de keuze van de wetgever te bepalen dat geluidgrenswaarden bij woningen op een gezoneerd industrieterrein gaan gelden.

mw. mr. Franca Damen