Aanvraag Nb-vergunning hoeft niet ter inzage te worden gelegd
In de uitspraak van de Afdeling van 29 juli 2015 (201500624) is een door de provincie Overijssel verleende Nb-vergunning ten behoeve van een melkrundveehouderij aan de orde. In het beroepschrift dat MOB tegen deze vergunning heeft ingediend, heeft MOB onder andere aangevoerd dat de provincie de aanvraag en de daarbij behorende stukken tijdens de bezwaarfase niet ter inzage heeft gelegd. Te dien aanzien heeft de Afdeling overwogen dat op grond van (artikel 7:4) de Awb en de Natuurbeschermingswet geen verplichting bestaat tot het ter inzage leggen van de aanvraag en de daarbij behorende stukken gedurende de bezwaartermijn.
Ten aanzien van deze uitspraak is voorts vermeldenswaardig dat hieruit volgt dat voor het bepalen van de omvang van de vergunde veestapel in de referentiesituatie mag worden uitgegaan van een bij de ten tijde van de referentiesituatie geldende vergunning gevoegde inlichtingenstaat waarin het aantal en soort te houden dieren zijn aangegeven.
mw. mr. Franca Damen