AERIUS-berekening bepalend bij intern salderen
Een AERIUS-berekening is bepalend bij intern salderen in het kader van de natuurwetgeving. Dit heeft de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangegeven in een Kamerbrief van 22 februari 2021.
In een uitspraak van 20 januari 2021 (ECLI:NL:RVS:2021:71) heeft de Raad van State geoordeeld dat voor intern salderen geen natuurvergunning nodig is. Dit kan in sommige gevallen gunstig zijn, maar leidt ook tot rechtsonzekerheid. Want als een bedrijf ten opzichte van de vergunde situatie een wijziging doorvoert die op het moment van toetsing niet leidt tot een toename van stikstofdepositie, dan wordt dit niet meer in een natuurvergunning geborgd. Dit kan bijvoorbeeld bij derden tot onduidelijkheid leiden.
Maar vooral ook voor het bedrijf zelf kan dit tot rechtsonzekerheid leiden. Dit houdt verband met het rekenprogramma AERIUS Calculator. Het rekenprogramma wordt regelmatig aangepast. Door een herziening van het rekenprogramma kan een AERIUS-berekening tot een andere uitkomst leiden. Stel dat een bedrijf middels een AERIUS-berekening vaststelt dat een wijziging van het bedrijf niet tot een toename van stikstofdepositie leidt en hiervoor dus geen natuurvergunning nodig is, dan is de vraag of deze conclusie nog steeds geldt na een herziening van AERIUS. Als een herziening van AERIUS ertoe leidt dat de uitkomst van de berekening ineens anders is en er wél een toename is van stikstofdepositie, dan is de vraag of dit gevolgen heeft voor het bedrijf.
De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (minister) heeft in de Kamerbrief van 22 februari 2021 aangegeven dat dit niet het geval is. Volgens de minister is de AERIUS-berekening ten tijde van het toetsingsmoment bepalend. Het toetsingsmoment in AERIUS voor een bedrijfswijziging is het moment van realisatie van de bedrijfswijziging. Effecten van een latere wijziging in AERIUS hebben hier volgens de minister geen effect op.
Voor bedrijven is het van belang om de AERIUS-berekening te bewaren. Die gegevens kunnen bedrijven volgens de minister later bij (eventuele) toets- en handhaving van de uitvoering van de activiteit als uitgangspunt voor controle gebruiken.
Of een rechter hierover uiteindelijk hetzelfde zal oordelen, moet worden afgewacht.
Om de rechtsonzekerheid in enige mate te verkleinen, kan het soms verstandig zijn om voor intern salderen toch een natuurvergunning aan te vragen. Provincies kunnen hierop dan een ‘positief weigeringsbesluit’ nemen. Als derden het niet met het besluit eens zijn, kunnen zij hiertegen bezwaar en beroep indienen. Het positief weigeringsbesluit komt dan (na een eventuele juridische procedure) in rechte vast te staan. Een positief weigeringsbesluit legt de aangevraagde situatie vast op basis van de geldende AERIUS versie. Bijvoorbeeld toekomstige wijzigingen in AERIUS hebben dan geen gevolgen voor de betrokken activiteit, aldus de minister.
Franca Damen, advocaat Damen Legal