Relativiteitsvereiste bij Natura 2000 afhankelijk van omstandigheden

Of een appellant in het kader van een beroepsprocedure het relativiteitsvereiste kan worden tegengeworpen bij beroepsgronden ten aanzien van Natura 2000, is echt afhankelijk van de concrete feiten en omstandigheden. In een uitspraak van 19 augustus 2015 (201406183) bepaalde de Afdeling dat wanneer een appellant op een afstand van een Natura 2000-gebied woont en daarop direct zicht heeft, hem het relativiteitsvereiste niet kan worden tegengeworpen.

Situatie

De raad van de gemeente Deurne heeft een bestemmingsplan voor een agrarische locatie vastgesteld. Het plan strekt tot beëindiging van een glastuinbouwbedrijf op het perceel, uitbreiding van de daar gevestigde paardenhouderij en verkleining van het agrarisch bouwblok. Tegen dit bestemmingsplan is door een omwonende beroep ingediend. De appellant heeft in zijn beroepschrift onder meer aangevoerd dat het bestemmingsplan in strijd met artikel 19j Nb is vastgesteld. De gemeenteraad heeft zich op het standpunt gesteld dat het relativiteitsvereiste eraan in de weg staat dat appellant een beroep doet op de normen van de Natuurbeschermingswet.

Juridisch kader

Op grond van artikel 8:69a Awb vernietigt de bestuursrechter een besluit niet op de grond dat het in strijd is met een geschreven of ongeschreven rechtsregel of een algemeen rechtsbeginsel, indien deze regel of dit beginsel kennelijk niet strekt tot bescherming van de belangen van degene die zich daarop beroep. Dit wordt ook wel het relativiteitsvereiste genoemd. Er moet een verband bestaan tussen een beroepsgrond en het belang waarin de appellant door het bestreden besluit dreigt te worden geschaad. De bestuursrechter mag een besluit niet vernietigen wegens schending van een rechtsregel die kennelijk niet strekt tot bescherming van het belang van de appellant.

Voor een nadere toelichting hierop verwijs ik u graag naar een aantal artikelen die ik hierover schreef:

Uitspraak

De Afdeling heeft in onderhavige uitspraak omtrent het relativiteitsvereiste het volgende overwogen. Appellant woont in een landelijke, open omgeving op een afstand van ongeveer 500 meter van het Natura 2000-gebied Deurnsche Peel & Mariapeel. Vanaf zijn perceel bestaat vrij zicht op dit Natura 2000-gebied, nu daartussen geen bebouwing staat die dit zicht belemmert. Tussen het Natura 2000-gebied en de woning van appellant bevinden zich voorts geen wegen of andere obstakels.

Gelet hierop heeft de Afdeling geoordeeld dat er een duidelijke verwevenheid bestaat van de individuele belangen van appellant bij het behoud van een goede kwaliteit van zijn directe leefomgeving met de algemene belangen die de Natuurbeschermingswet beoogt te beschermen. Het relativiteitsvereiste staat daarom niet aan de beroepsgrond van appellant in de weg.

mw. mr. Franca Damen