Stikstofproblematiek: een nieuwe update

Op 17 december 2019 heeft de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit weer een Kamerbrief over de voortgang van de aanpak van de stikstofproblematiek naar de Tweede Kamer gestuurd. Daarnaast zijn er nog verschillende andere ontwikkelingen geweest. In deze update wordt hierop ingegaan.

Spoedwet aanpak stikstof

Zoals de minister in de Kamerbrief van 13 november 2019 heeft aangegeven, is er een Spoedwet aanpak stikstof opgesteld. Nadat het wetsvoorstel hiervoor op 5 december 2019 door de Tweede Kamer is aangenomen, is het op 17 december 2019 door de Eerste Kamer aangenomen. De Spoedwet aanpak stikstof treedt op 1 januari 2020 in werking. Spoedig daarna treedt de ministeriële regeling over het stikstofregistratiesysteem in werking en zal het stikstofregistratiesysteem zo snel mogelijk met depositieruimte – allereerst als gevolg van de verlaging van de maximumsnelheid – gevuld worden.

Beleidsregels intern en extern salderen

Op 8 oktober 2019 hebben de provincies de provinciale beleidsregels intern en extern salderen vastgesteld. Zoals de minister in een Kamerbrief van 1 november 2019 heeft aangegeven, bestond er tussen de minister en de provincies en de provincies onderling verschil van inzicht over de beleidsregels intern en extern salderen. Begin december 2019 hebben zij hierover onderling afspraken gemaakt, zo is te lezen in een Kamerbrief van 4 december 2019. Op 10 december 2019 hebben de verschillende provincies, waarvan de provincie Friesland onder voorbehoud, ingestemd met de nieuwe beleidsregels intern en extern salderen. De nieuwe beleidsregels zijn daarmee in werking getreden.

Noodwetgeving

In verband met onze veiligheid gaat het onderhoud aan dijken en andere vitale infrastructuur door. De tijdelijke (nood)wetgeving die hierin moet voorzien, is in de Kamerbrief van 13 november 2019 aangekondigd. Het wetsvoorstel hiervoor wordt zeer binnenkort voor advies aan de Raad van State voorgelegd.

Legalisatie PAS-meldingen

Activiteiten die op grond van het Programma Aanpak Stikstof (PAS) waren uitgezonderd van de natuurvergunningplicht (PAS-meldingen) zullen door de overheid worden gelegaliseerd. Het gaat om projecten waarvoor op 29 mei 2019 (de datum van de PAS-uitspraak) de volgende situatie gold:

  • het project was volledig gerealiseerd, installaties, gebouwen en infrastructuur en dergelijke waren opgericht; of
  • het project was nog niet volledig gerealiseerd, maar de initiatiefnemer had wel aantoonbaar stappen gezet met het oog op volledige realisatie; of
  • het project was nog niet aangevangen, maar daarvoor waren wel al aantoonbaar onomkeerbare, significante investeringsverplichtingen aangegaan.

In de gebiedsaanpakken wordt komend jaar een passende beoordeling voor de te legaliseren meldingen meegenomen. Indien nodig treffen het Rijk en de provincies volgend jaar maatregelen op gebiedsniveau.

Structurele aanpak stikstofproblematiek

De stikstofproblematiek moet structureel worden aangepakt. Het kabinet hanteert hierbij een integrale aanpak en neemt maatregelen in samenhang met andere grote opgaven om optimaal effect te bereiken. Deze opgaven zijn onder andere het Klimaatakkoord, de omgevingsvisie, de Kaderrichtlijn water, duurzame mobiliteit, kringlooplandbouw, circulaire economie, het Schone Lucht Akkoord en de NEC-doelstellingen. Dit sluit aan bij het advies van het adviescollege Remkes.

De kern van de aanpak is om te werken aan herstel en versterking van de natuur en het terugdringen van de stikstofuitstoot. Dit waren ook de doelstellingen van het PAS.

Stikstofreductie

Het kabinet zal in 2020 een streefwaarde vaststellen om te komen tot een reductie van de stikstofemissie en stikstofdepositie in 2030. De reductie is zowel een nationale als een regionale verantwoordelijkheid. De aanpak kent zowel een generieke als een gebiedsgerichte uitwerking. Begin 2020 volgt er informatie over een maatregelenpakket voor de landbouw.

Drempelwaarde

Er komt geen generieke en/of sectorale drempelwaarde. Dit komt mede door het advies van de Raad van State over een drempelwaarde.

Het kabinet kiest wel voor de mogelijkheid om een regionale drempelwaarde te introduceren. Hiervoor moet eerst stikstofruimte worden gecreëerd. Hoeveel ruimte er is, moet het stikstofregistratiesysteem duidelijk maken. De grondslag hiervoor is opgenomen in de Spoedwet aanpak stikstof. Gedeputeerde Staten hebben de primaire regie over het gebruiken van stikstofruimte uit het stikstofregistratiesysteem.

Gebiedsgerichte aanpak

Zoals de minister heeft aangekondigd in de Kamerbrief van 4 oktober 2019, zal – overeenkomstig het advies van het adviescollege Remkes – worden gewerkt aan een gebiedsgerichte aanpak. De provincies zijn gestart met de voorbereidingen hiervoor.

Robuuster en realistisch natuurbeleid

Het kabinet kiest voor een robuuster en realistisch natuurbeleid. Hiervoor neemt het kabinet, zoals aangekondigd in de Kamerbrief van 13 november 2019, drie acties:

  • het nalopen van alle aanwijzingsbesluiten en wijzigingsbesluiten op doelen die niet direct voortvloeien uit de Vogel- en Habitatrichtlijn;
  • het bekijken van alle Natura 2000-gebieden op de haalbaarheid van hun doelen;
  • het in kaart brengen van de mogelijkheden voor samenvoegen of herindelen van Natura 2000-gebieden.

De minister wil daarnaast samen met de provincies een programma natuur opzetten in aansluiting op Nederland Natuurpositief. Doel van dit programma is enerzijds het verbeteren en versterken van het bestaande beleid en anderzijds het verbreden van het natuurbeleid en het beter verbinden van natuur en biodiversiteit met andere domeinen, zoals stedelijk gebied, wonen en landbouw.

Programma-aanpak voor energieprojecten

Duurzame energieprojecten zijn essentieel om de klimaatdoelstellingen van het kabinet op lange en korte termijn te halen. De projecten veroorzaken bij de aanleg ervan een kleine, tijdelijke stikstofdepositie. Maar na realisatie dragen ze juist langdurig en structureel bij aan een stikstofreductie.

Het kabinet heeft daarom de intentie om duurzame projecten ten behoeve van de energietransitie te bundelen in een programma waarmee een structurele stikstofreductie kan worden bereikt. Begin 2020 volgt een nadere uitwerking van deze aanpak.

In dit kader wijst de minister erop dat een programma dat (mede) gericht is op het voorkomen van significante verslechtering en/of verstoring van Natura 2000-gebieden, kan worden beschouwd als een passende maatregel in de zin van artikel 6, tweede lid, van de Habitatrichtlijn. Op programmaniveau wordt beoordeeld of wordt voldaan aan de randvoorwaarden van dit artikellid. In dat geval kunnen individuele projecten in deze aanpak leunen op de beoordeling die op programmaniveau is gemaakt.

mw. mr. Franca Damen