Wet natuurbescherming: algemeen overgangsrecht

In verband met de inwerkingtreding van de Wet natuurbescherming op 1 januari 2017 is overgangsrecht in de wet opgenomen voor reeds lopende procedures. Op de meeste procedures is echter de Wet natuurbescherming van toepassing geworden.

Dit volgt uit artikel 9.10 van de Wet natuurbescherming (Wnb). Daarnaast is er speciaal overgangsrecht opgenomen voor aanvragen om een natuurbeschermingswetvergunning die reeds voor 1 juli 2015 – de datum van inwerkingtreding van de Programmatische Aanpak Stikstof – zijn ingediend.

Het overgangsrecht leidt tot de volgende conclusie:

1. Vergunningaanvragen ingediend vóór 1 juli 2015

  • door het overgangsrecht in het Besluit natuurbescherming geldt het verbod op extern salderen niet voor deze vergunningaanvragen;
  • voor het overige geldt het overgangsrecht, zoals onder punt 2 genoemd.

2. Vergunningaanvragen ingediend op of na 1 juli 2015, maar vóór 1 januari 2017

  • als nog geen beslissing op de vergunningaanvraag is genomen, dan wordt de vergunningaanvraag overeenkomstig de Wet natuurbescherming behandeld;
  • als een beslissing op de vergunningaanvraag is genomen en hiertegen bezwaar is ingediend, dan wordt de verdere procedure overeenkomstig de Wet natuurbescherming behandeld;
  • als een beslissing op de vergunningaanvraag is genomen en beroep is ingediend, dan blijft op de verdere procedure de Natuurbeschermingswet 1998 van toepassing; het gaat daarbij om beroepszaken die zijn gericht tegen besluiten die zijn bekendgemaakt vóór 1 januari 2017.

3. Vergunningaanvragen ingediend op of na 1 januari 2017

  • de Wet natuurbescherming is van toepassing.

Door de inwerkingtreding van de Wet natuurbescherming kan in lopende procedures een wijziging van het bevoegd gezag plaatsvinden, tenzij sprake is van beroepszaak tegen een vóór 1 januari 2017 bekendgemaakt besluit.

mw. mr. Franca Damen