Bouwen door plaatsen van kast
Bouwen in de zin van artikel 2.1 Wabo kan onder omstandigheden ook inhouden het plaatsen van een kast. Dit volgt uit een uitspraak van de Afdeling van 19 maart 2014 (201307111).
Op grond van artikel 2.1, eerste lid, sub a, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: Wabo) geldt een vergunningplicht voor het bouwen van een bouwwerk. Wat onder een bouwwerk dient te worden begrepen, wordt in de Wabo echter niet bepaald. In de jurisprudentie over het begrip ‘bouwwerk’ in de Woningwet, zoals deze luidde voor inwerkingtreding van de Wabo, is bij herhaling aansluiting gezocht bij de in de modelbouwverordening gegeven definitie van het begrip ‘bouwwerk’, omdat dit in de Woningwet niet is omschreven en in de modelbouwverordening een bruikbare definitie is gegeven. Deze luidt:
“elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren”
Het begrip ‘bouwwerk’ is, zoals gezegd, ook in de Wabo niet omschreven. Daarom wordt voor de uitleg van dit begrip in de Wabo eveneens aansluiting gezocht bij de definitie van ‘bouwwerk’ in de modelbouwverordening (zie bijv. ABRS 12 september 2012, 201112262).
Wat onder bouwwerk dient te worden verstaan, kwam ook aan de orde in de uitspraak van de Afdeling van 19 maart 2014. Meer specifiek ging het daarbij om het plaatsen van een aantal kasten. Één van die kasten diende als afscheiding tussen de keuken en de woonkamer. De andere kast scheidde te woonkamer van de slaapkamer af. De achterzijde van deze kast was geschilderd in dezelfde kleur als de andere wanden en is, net zoals de andere wanden in de ruimte, voorzien van een plint.
Van belang hierbij is dat uit de definitie van een bouwwerk volgt dat een mobiel object eveneens als bouwwerk kan worden aangemerkt, mits het is bedoeld om gedurende langere tijd op dezelfde plaats te functioneren (zie bijv. ABRS 10 september 2008, 200708908).
Met betrekking tot de kasten zoals deze in onderhavige casus aan de orde waren, heeft de Afdeling – evenals de rechtbank in eerste aanleg – overwogen dat deze zijn bedoeld om de ruimte af te scheiden. Voorts werd overwogen dat de kasten zijn geplaatst met als kennelijk doel om deze daar voor langere tijd op dezelfde plek te laten staan. Om die reden is naar het oordeel van de Afdeling sprake van bouwen in de zin van artikel 2.1 Wabo (c.q. artikel 40 Woningwet).
Het valt op dat de Afdeling in haar rechtsoverwegingen niet nader ingaat op de definitie van een bouwwerk. Nu een nadere omschrijving van met name de omvang van de kasten in de uitspraak ontbreekt, is het lastig te beoordelen of inderdaad sprake is van een bouwwerk. Het lijkt mij echter ver gaan om een kast die wordt gebruikt als een scheidingswand als bouwwerk aan te merken. In hoeveel huishoudens wordt immers niet een kast gebruikt als roomdivider.
mw. mr. Franca Damen