Was het maar een grap
Deze column verscheen in april 2022 in de regiobladen van Agrio.
Op 1 april 2022 heeft de minister voor Natuur en Stikstof (minister) een Kamerbrief gestuurd over het stikstofbeleid. Haar woorden over nieuwe maatregelen en dat er zo nodig dwingend zal worden ingegrepen, liegen er niet om. Het zijn ferme woorden die duidelijk maken dat boeren hun borst maar beter nat kunnen maken. En dat lijkt me nog belangrijker vanwege dat wat de minister niet zegt, maar blijkt uit dat wat ze wél zegt. De minister geeft namelijk keer op keer aan dat er stikstofruimte naar woningbouw en andere maatschappelijke ontwikkelingen moet. Dus boeren moeten stoppen, innoveren en/of latente ruimte inleveren om plaats te maken voor andere sectoren. Maar de wet kent sinds 1 juli 2021 vergaande stikstofreductiedoelen die verplicht moeten worden gehaald. Die wil de overheid overigens ook nog eens aanscherpen: al in 2030 (in plaats van in 2035) moet de stikstofdepositie in minimaal 74% van het areaal van stikstofgevoelige Natura 2000 tot onder de kritische depositiewaarde zijn gebracht. Als dreigt dat de stikstofreductiedoelen niet worden gehaald, dan worden er extra bronmaatregelen getroffen. Dus als de overheid de stikstofreductie die de veehouderij moet realiseren, gaat gebruiken om nieuwe ‘stikstofactiviteiten’ toe te staan, dan gaan de stikstofreductiedoelen niet gehaald worden. Dan zullen er extra bronmaatregelen komen om de stikstofdepositie te reduceren. Dat is dus dweilen met de kraan open. Boeren kunnen hun borst dus maar beter nat maken.
De maatregelen die eraan komen, liegen er niet om. De stikstofopgave zal per regio worden verdeeld en in de gebiedsplannen voor Natura 2000 worden vastgesteld. Daarin wordt ook de gebiedsgerichte stikstofaanpak opgenomen. Die gaat gelden naast de landelijke stikstofaanpak, waarbij je onder andere kan denken aan beëindigingsregelingen, aankoop en afwaarderen van grond, extensiveren, verplaatsen, innoveren, managementmaatregelen en een vermindering van ammoniakemissies bij het uitrijden van mest. Een andere belangrijke maatregel die genoemd wordt, is het aanscherpen van de ammoniakemissienormen voor nieuwe en bestaande stallen. Dan mag er per dierplaats minder ammoniakemissie worden uitgestoten. Dat kan vergaande gevolgen hebben, zo blijkt ook uit de Brabantse stikstofaanpak die al zo’n aanscherping kent. De minister heeft ook al aangegeven dat als vrijwillige maatregelen onvoldoende resultaat opleveren, zij ingrijpen noodzakelijk vindt. Dan komen meer verplichtende maatregelen zoals onteigening op tafel. Dat vind ik nogal ferme woorden. En wanneer is er onvoldoende resultaat? Als er onvoldoende stikstofruimte komt voor andere sectoren? Of als de stikstofreductiedoelen niet worden gehaald? Of iets anders…? Was de Kamerbrief van de minister van 1 april 2022 maar een slechte grap…
Franca Damen, advocaat Damen Legal